Om zeker te zijn dat bigbags die bestemd zijn voor gebruik in gevaarlijke omgevingen (Type C) geen statische ladingen accumuleren tot gevaarlijke niveaus, zijn er meerdere standaarden dewelke een leidraad vormen tot de belangrijkste parameters waaraan een bigbag moet voldoen.
De belangrijkste standaard is IEC 61340-4-4, "Electrostatics - Part 4-4: Standard test methods for specific applications - Electrostatic classification of flexible intermediate bulk containers (FIBC)." Deze standaard werd gepubliceerd begin 2012, en behandelt de essentiële vereisten waaraan Type C bigbags moeten voldoen met betrekking tot het elimineren van het risico op statische oplading op de zak. De standaard zegt dat de weerstand doorheen de zak kleiner moet zijn dan 10E7Ω (10 Megaohm). Dit betekent dat de weerstand van eender welk punt op de zak tot aan een aardingspunt nooit deze 10 MΩ mag overschreiden. De laatste editie van de NFPA77, "Recommended Practice on Static Electricity", beveelt eveneens deze weerstandswaarde aan.
Deze standaard is strenger dan de aanbevelingen van het technisch CENELEC rapport, gepuliceerd in 2003, genaamd CLC/TR 50404, dewelke een maximale waarde van 10E8Ω (100 Megaohm) aanbeveelt. Ook de laatste editie van de richtlijn TRBS 2153:2009 beveelt dezelfde weerstandswaarde van 10E8Ω aan.
Aangezien de hoeveelheid lading die kan accumuleren op de zak, en de hoog energetische elektrostatische vonken dat dit met zich mee kan brengen, dewelke in de juiste omstandigheden stofexplosies kunnen veroorzaken, is het gebruik van een actief aardingscontrolesysteem de beste keuze. Een actief systeem kan immers aantonen of de constructie van de zakken overeenstemt met de aanbevelingen die hierboven aangehaald werden. Ook bent u met een controlesysteem zeker dat de zak goed geaard is tijdens het vullen/ledigen van de zak.